Volgens mij was de bal wel raak!!
Het begint meer en meer op te vallen. In een competitiewedstrijd zijn arbiter en speler het soms oneens over de geldigheid van een carambole. In een kaderwedstrijd wordt een speler in de eindfase van een partij afgeteld voor een “biljardé”. Een verzoek tot heroverweging werd niet gehonoreerd door de arbiter. Direct sloeg de genoeglijke wedstrijdsfeer om in een gespannen situatie. Na afloop van de partij konden de gebruikelijke plichtplegingen met de handjes en bedankjes er nog net af. Daarna verzamelde het benadeelde “team” zich rond de getroffene, om te vernemen welk sportief onrecht hen hier was aangedaan. De napraat en het socialiseren na afloop bleven dit keer achterwege. Afrekenen, dagzeggen en wegwezen, leek het devies voor de bezoekers. Dat schrijnt. Soms overweeg je dan, om alles maar te laten lopen en goed te keuren om de lieve vrede. Dat hoort natuurlijk eigenlijk niet.
Een zelfde verschijnsel deed zich voor in een regionale driebandenpartij in de tweede divisie van de KNBB. Niemand speelt mee met de grote jongens op driebandengebied. Allen ploeteren en werken hard om soms een gemiddelde van 1 te behalen en dat uit te dragen. Toch wordt de arbiter,veelal een speler van de thuisclub, behoorlijk verbaal aangepakt door de benadeelde. Mensen die elkaar al decennia goed kennen en respecteren als collegiale driebandenspeler, worden dan ineens elkaars opponenten, om gering beurtnadeel te moeten ondergaan. Met zo veel beurten in een driebandenpartij mag het daar niet/nooit op hangen. Dat je wat regelt in de opstelling van je team en gebruik maakt van de vastgelegde regels voor de driebandencompetitie, is toegestaan. Maar een wedstrijdavond zo negatief beïnvloeden, zodat het competitieve biljartplezier door arbitrale incidenten ernstig wordt verstoord, is voor mij onbegrijpelijk. Het is een sport, als element van vrije tijd besteding.
Als de genoegdoening slechts gevonden kan worden in winst, dan kun je beter thuis blijven. Statistisch zul je waarschijnlijk ongeveer even veel winnen als verliezen, gedurende je biljartloopbaan. Verliezen is onlosmakelijk als risico verbonden aan een sportwedstrijd. Dat mag nooit uit het oog verloren worden. Spelers worden beter, trainen veel, krijgen les, maken een onverwachte progressie door nieuwe inzichten. Er zijn veel redenen die kunnen leiden tot terechte winst of niet te vermijden verlies. In een competitie is slechts plek voor de nummer een, de poulewinnaar. Daarna rest alleen roem voor de kampioen. De tegenstelling kan groot zijn.
In de libreklassen van biljarters, met beperkter biljartcapaciteiten kom je voornoemd gedrag zelden tegen. Men gunt elkaar een mooie carambole en uit dat direct. Een serie wordt begeleid door waardering vanaf de zijlijn. Respect en onderlinge waardering zijn klaarblijkelijk de gewoonste zaak van de wereld. Dat zien en ervaren, op de avonden dat de sterkere biljarters assisteren bij voorwedstrijden, toegewezen aan de biljartclubs van het biljartdistrict, is een genoegen om te beleven. Dat moet ook de verklaring vormen voor de ruime belangstelling van collegabiljarters, bij districtskampioenschappen in de derde, vierde, vijfde en zesde klasse libre.
Het is soms om jaloers op te zijn. Een paar dagen later ben je dan verbaasd over het commentaar van een bezoeker aan het biljartcentrum. De tafel is te hoekig, het biljartmodel te hoog, de ontvochter maakt te veel achtergrondruis, de spelerstafel is te klein en de afslag is bonkerig. De wedstrijd moest nog een aanvang nemen. U begrijpt dat er na het verlies van zijn partij helemaal niets meer deugde. Het aanvullende commentaar richtte zich op de ontvangst, de achtergrondmuziek, de sfeer en het zitmeubilair. Voor de duidelijkheid heb ik wat opmerkingen op een hoopje geveegd. Verder wens ik alle biljarters een sportieve prettige biljartavond met onvergetelijke momenten, welke nog jarenlang de inhoud zullen vormen van uw biljartverhalen, na afloop van een mooie biljartavond.
Cas Juffermans – Oegstgeest.